Woordsoorten: werkwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord, bijwoord
Met deze activiteit oefen je met de volgende woordsoorten: werkwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord, bijwoord
Materialen:
- 1 grote bak
- 4 kleinere bakken
- kaartjes (document enkelzijdig printen en kaartjes knippen, eventueel lamineren)
- plakband of kneedgum
De grote bak met alle kaartjes met woorden erop zet je aan de ene kant van het schoolplein. De 4 kleinere bakken met daarop het type woordsoort dat erin moet zet je aan de andere kant van het schoolplein.
De leerlingen pakken een kaartje uit de grote bak. Ze lezen het woord en denken na wat voor een woordsoort het is. Ze rennen vervolgens naar de bakken en leggen het kaartje in de juiste bak.
Lukt het de groep om alle kaartjes in de juiste bakjes te leggen?
Bewegend leren woordsoorten
1 bestand(en) 562.71 KB